Hoe klonk Antwerpen in de negentiende eeuw? Welke associaties riepen welke geluiden op voor welke luisteraars? Hoe deelden geluiden de tijd en ruimte in? En in welke mate droegen zij bij tot identiteits- en gemeenschapsvorming in de Vlaamse kunst- en havenstad Antwerpen?
In een tijdsperk zonder radio, televisie, internet of andere geluidsproducerende media, vormden klank en geluid significante betekenisdragers. Het luiden van de klokken hielp de stedeling de dag in te delen of zich te oriënteren binnen een groeiend stadsweefsel. Tromgeroffel, belgerinkel, trompet-en hoorngeschal kondigden de komst aan van post, belangrijke mededelingen, legers of notabelen. Gezangen verlichtten de arbeid, smeedden banden of brachten hulde aan God, held of staat. Binnenshuis tikten klokken en breinaalden, krasten pennen over het papier, werd pianogespeeld, of stroomden de geluiden van beiaards, hoefgetrappel, draaiorgels en stoomlocomotieven naar binnen.
De aandacht voor de sonore geschiedenis van de stedelijke context is de voorbije jaren exponentieel gegroeid. Het onderzoeksproject ‘Stadsklanken XIX’ beoogt daarom om zowel openbare als private ruimtes in de negentiende-eeuwse stad Antwerpen via hedendaagse onderzoeksmethodes tot klinken te brengen, en dit in samenwerking met het ‘Antwerp Time Machine’, een project aan Universiteit Antwerpen.
Beeld: Louis Van Engelen, ‘Zondagmiddag op Sint-Anneke’, 1887